Dag 5,10 februari 2003,

Gewoonlijk som ik nooit gebeurtenissen op in mijn dagboek, maar ontstaan al schrijvende gedachten in het gunstigste geval. maar nu, wetende dat ik aankomend weekend deze woorden aan internet zal toevertrouwen en dat het zal moeten gaan over mijn verblijf hier, zal ik vervolgen met mijn verhaal.
Vandaag leek alles anders. Er waren twee meisjes uit Nederland; 1 fotografiestudent en 1 cultureel antropologie student. Dezelfde vluchtelingen die mij vorige week omringden, zwermen nu om deze meisjes heen. het lijkt niet uit te maken; de sociale toeristen komen om te kijken, maar de vluchtelingen doen hetzelfde vice versa.
De jongen die afgelopen week zo vrolijk een gesprek met me had, keek somber; net 2 negatieven gekregen. Mijn gids krijgt woensdag zijn tweede interview en een jongen waar hij o.a. zijn studio mee deelt, zal morgen “verdwijnen”, omdat hij al 1 jaar hier verblijft met twee negatieven. Een verlegen jongen van 22 jaar met een frisse uitstraling en een stralende lach.
Het lijkt een doorgangskamp hier; een komen en gaan van toeristen en van asielzoekers. Alleen de ama’s blijven langer.
Deze week wil ik meer schilderen, de afgelopen week heb ik mezelf meer laten leven. het zal waarschijnlijk wat lastiger worden de regie wat meer in eigen handen te nemen.
Het meisje van de fotoakademie is geïnteresseerd in het fenomeen van het toerisme t.o.v. de asielzoeker en het absurde ervan. Maar zij kan er niet onderuit dat ook zij een toeriste is, een outsider die met haar camera beelden mee gaat nemen naar haar eindexamenklas.
En ik? Vanmiddag heb ik lekker geschilderd; een portret van een negerin, een prachtige enorm volle vrouw met een oermoeder uiterlijk. Mijn gids was even in mijn atelier en herkende haar onmiddellijk, alleen had hij de vrouw nooit op die manier bekeken.
Ik ben nog even op bezoek geweest bij de kunstenaar uit Soedan en heb hem wat aquarelblokken gegeven, zodat hij vooruit kan, en de foto’s die ik van zijn werk heb gemaakt.
Morgen ga ik samen met hem een schilderij maken in mijn atelier. Hij maakt soms schilderijen van Arabische woorden of letters. Ik heb hem gevraagd of hij iets met de tekst wil doen.
Vanavond heb ik een aantal mannen uit Kameroen en Nigeria portretles gegeven. In mijn atelier zijn enorme spiegelwanden, dus heb ik ze met tafels ervoor gezet en zijn ze zichzelf gaan tekenen. Een man uit Bangladesh die alleen “How are you”kan zeggen, kwam ook tekenen. Hij snapte niet wat we zouden gaan doen, maar kwam er gaandeweg achter. Hij had alleen geen zin in een zelfportret en begon aan een tekening van een vrouw, weliswaar een hele naïeve afbeelding van een vrouw, maar met zoveel concentratie en liefde was hij ermee bezig.
Het probleem is dat mijn atelier grenst aan de sportzaal wat een “hangplek”is van het centrum. Al vrij snel had iedereen lucht van gekregen wat er gaande was in het atelier en kwamen ze massaal kijken. Zo ontstond er een lacherige stoere en wat vluchtige sfeer. Toch was het leuk te zien dat sommige trots waren op hun resultaat. Mijn hele week is al volgepland met afspraken. Wat een enorm sociaal leven heb ik hier. Maar wat zal deze week me werkelijk brengen?